Afstand houden in supersmalle straatjes. Thuis blijven terwijl je moet zorgen voor brood op de plank. Schone handen terwijl je een kraan moet delen met duizend anderen. Voor mensen in drukbevolkte gebieden is het een flinke uitdaging om zichzelf te beschermen tegen het coronavirus.
Een van de landen waar het coronavirus voor veel doden zorgt, is Brazilië. In mei 2020 stond het op de zesde plaats van hardst getroffen landen. Glauce Arzua van ActionAid Brazilië vertelt: “In steden, en dan vooral in de sloppenwijken, verspreidt het virus zich snel. Hygiëne een groot probleem; het rioolwater stroomt tussen de huizen door. Mensen leven samen in kleine huizen van maar een paar vierkante meter en met gebrekkige ventilatie. En die huizen zijn onderling met elkaar verbonden.”
Aan de andere kant van de wereld maakt Sharmin Akhtar (21) van ActionAid Bangladesh zich ook grote zorgen. Ze werkt als hulpverlener in het Rohingya-vluchtelingenkamp in Cox’s Bazar, waar het virus inmiddels ook is opgedoken. “De vluchtelingen leven in tijdelijke hutjes van bamboe en zeildoek en zijn afhankelijk van het weinige werk en de hulp van buiten,” zegt ze. “Afstand houden is onmogelijk en schoon water is er nauwelijks. Bovendien zijn ze extra kwetsbaar omdat hun gezondheid al verzwakt was door het jarenlang leven in een vluchtelingenkamp. Tegelijk ontbreekt het aan medische zorg.”
Veel bewoners van dichtbevolkte gebieden zijn straatverkopers, arbeiders of andere dagloners. Geen werk betekent voor hen geen inkomen, en dus ook geen eten.
Tegelijk is de infrastructuur in deze wijken slecht. In de grootste sloppenwijk van Kenia, Kiberia, is het door de smalle straatjes en afwezigheid van pleinen heel moeilijk om voedsel snel onder veel mensen te verspreiden.
In Bangladesh signaleert Sharmin een soortgelijk probleem: “Door de coronamaatregelen is de distributie van voedsel een stuk lastiger. Hulpverleners kunnen per shift veel minder voedsel uitdelen. Dit maakt de wachttijden extreem lang.”
In de Braziliaanse favela’s heeft het voedselgebrek nog een andere reden. “Omdat de scholen dicht zijn, lopen kinderen een gratis schoolmaaltijd mis,” zegt Glauce. “Dat hakt erin, omdat ze thuis ook maar één maaltijd per dag krijgen.”
Tot slot zorgen spanningen thuis voor een toename van geweld. Dat zien we overal ter wereld, maar in dichtbevolkte gebieden helemaal. Ook Sharmin ziet een duidelijke stijging van huiselijk geweld. “Er is geen geld, weinig voedsel en mensen zitten dicht op elkaar. Kleine incidenten escaleren daardoor snel: vrouw en kinderen vragen om eten, de man is gefrustreerd omdat hij daar niet voor kan zorgen, en de ruzie is compleet. Hij kan dan zijn frustratie eruit gaan slaan.”
Glauce ziet dit ook in de Braziliaanse favela’s: “Misbruik, agressie en seksisme kwam hier al heel vaak voor en nu nog veel meer. De pandemie heeft de traditionele rolmodellen versterkt en mannen zijn gefrustreerd omdat ze zonder werk thuis zitten. De stress van de lockdown komt daar nog bovenop.”
In beide landen staat de hulpverlening onder druk. Glauce: “In Brazilië voerden we campagne tegen huiselijk geweld en zetten we supportnetwerken op. Dat ligt nu stil door de lockdown, en dat zet vrouwen weer op een achterstand.”
ActionAid werkt allereerst aan het tegengaan van de verspreiding van het coronavirus. Zo geeft Sharmin in Bangladesh voorlichting over maatregelen zoals afstand houden en handhygiëne. Ook deelt ze mondkapjes, handschoenen en handgel uit, waarbij ze beschermende kleding draagt. Tot dusver is het gelukt om de Women Safe Spaces te handhaven – een veilige plek waar vrouwen terecht kunnen voor medische en psychische hulp. Elders in het kamp worden voedselpakketten uitgedeeld.
Ook in Kenia werken vrouwenorganisaties in samenwerking met ActionAid aan bewustwording rondom het virus. Hier worden ook waterpunten opgezet.
In Brazilië verspreidt Glauce, samen met haar team en partnerorganisatie UNAS, hulppakketten in favela’s. Met behulp van social media en Whatsapp blijven ze in contact met de vrouwen uit de reguliere programma’s, zoals vrouwenopvangcentra.
In India zijn gaarkeukens voor gastarbeiders opgezet. Ook worden voedselpakketten uitgedeeld, onder meer met behulp van Gauravi, waar voormalige slachtoffers van geweld betrokken zijn bij de distributie.