Volgens beide organisaties is het compromis daarom niet meer dan een eerste stap om het gebruik van biobrandstoffen uit voedsel nog verder terug te dringen. Geert Ritsema van Milieudefensie:
“Biobrandstoffen leken tien jaar geleden een prachtige oplossing voor het klimaat en het milieu. Maar al snel bleek dat een vergissing. De teelt van biobrandstoffen zoals bijvoorbeeld palmolie leidt op grote schaal tot ontbossing in landen als Indonesië en Maleisië. Bovendien blijkt uit het laatste IPCC rapport dat biobrandstoffen in veel gevallen zelfs méér klimaatschadelijke emissies veroorzaken dan fossiele brandstoffen.”
Daar komt volgens Barbara van Paassen van ActionAid nog bij dat de teelt van gewassen voor biobrandstoffen in ontwikkelingslanden leidt tot landroof en het verdringen van de voedselproductie. Van Paassen:
“Het lijkt op een discussie over paar procent meer of minder, maar het gaat over mensen: Uit berekeningen van ActionAid blijkt dat 1% biobrandstof in calorieën gelijk staat aan voedsel voor 34 miljoen mensen. In een wereld waarin bijna een miljard mensen honger lijden is het volstrekt onacceptabel dat het voedsel van arme mensen wordt bijgemengd in onze benzinetanks.¨
Wat Milieudefensie en ActionAid betreft gaat de Europese bijmengverplichting daarom zo snel mogelijk naar nul procent. Ze pleiten er daarom voor dat het nieuwe Europees Parlement het percentage naar beneden bijstelt, als het zich binnenkort opnieuw over de bijmengverplichting mag uitspreken. Het vorige parlement stelde in september 2013 de grens op maximaal 6 procent. De lidstaten zijn nu uitgekomen op een grens van 7 procent.
Ook roepen beide organisaties de Tweede Kamer op om de bijmengverplichting op nationaal niveau naar beneden bij te stellen. De Tweede Kamer is al jaren kritisch op dit beleid en de meerderheid is voor een plafond van 5%, veel parlementariërs zien het liever nóg lager. De bijmengplicht werd in 2009 ingevoerd.