Elk jaar vinden de onderhandelingen voor dit verdrag plaats in Genève, maar dit jaar zal Europa niet aanwezig zijn. De Europese Commissie laat de onderhandelingen voor het verdrag namelijk over aan de nieuwe Commissie na de verkiezingen. Deze Commissie treedt aan in september, wat betekent dat ze niet op tijd alles klaar zullen hebben voor de onderhandelingen in oktober (zie ook dit persbericht). De redenen die Europa hier voor aandraagt zijn dat Ecuador (de voorzitter van de verdragsonderhandelingen) niet naar de feedback van de EU luistert. Ook geven ze als reden dat andere “rijke” landen zoals de Verenigde Staten ook niet mee doen. Maar door niet aanwezig te zijn bij de onderhandelingen laat Europa juist een enorme kans schieten om deze feedback naar voren te brengen. Tot slot, is het ook zo dat Nederland en de Europese Unie volgens internationale afspraken verplicht zijn om te zorgen dat bedrijven mensenrechten respecteren, ook buiten de grenzen. Maar op dit moment zijn er nog geen internationale, Europese óf Nederlandse instrumenten die bedrijven verplichten om dit te doen. Het is daarom vreemd dat Nederland en Europa de kans die het verdrag biedt om aan deze verplichtingen te voldoen niet aangrijpt. Helemaal omdat het verdrag is opgezet door mensen in landen, zoals Ecuador en Zuid-Afrika, het onrecht beu dat multinationals uit rijke landen (ook Europa/Nederland) op hun grondgebied aanrichten. Europa en Nederland geven zo geen gehoor aan die oproep en laten de kans liggen om als groot machtsblok een verschil te maken.
Zeker niet, maar wij willen dat business op een eerlijke manier wordt gedaan waarbij vrouwenrechten worden gerespecteerd. Wij willen dat ook multinationale bedrijven verantwoordelijk gehouden kunnen worden voor mensenrechten schendingen en niet alleen middel en klein bedrijven daarop afgerekend kunnen worden.
Als ActionAid werken wij internationaal veel met feministische bewegingen samen en ondersteunen deze bewegingen. Wij staan voor het feministische gedachtengoed dat gaat over sociale politieke en economische gelijkheid voor iedereen.
Wij zijn ook sterk gecommitteerd aan feminist leadership. Hier staat o.a. in centraal dat alle vormen van macht die niet democratisch, legitiem, zichtbaar en toerekenbaar zijn geconfronteerd moet worden. Met deze campagne willen wij het machtsmisbruik door multinationals, het gebrek aan macht van vrouwen tegenover multinationals aanpakken en patriarchale machtssystemen die dit voortzetten aanpakken.
Zeker, een grensoverschrijdend verdrag (internationaal bindend verdrag bedrijfsleven en mensenrechten) is ook goed voor mannen. Want ook mannen die getroffen worden door grensoverschrijdend gedrag door multinationals zullen gebruik kunnen maken van de regels voor bedrijven en mechanismen om hen verantwoordelijk te houden. Wij focussen op vrouwen omdat die harder, of op een specifieke manier, geraakt worden door wangedrag van multinationals en op bijna elke sociale laag nog meer barrières ondervinden voor het bereiken van gerechtigheid.
Graag zelfs! Samen staan we sterker!
Wij zetten ons actief in voor een campagne waar campaigners met diverse seksuele oriëntaties, gender identiteiten, beperkingen en vaardigheden, vormen van werk en achtergronden deel aan kunnen en willen nemen.
Het verdrag is een internationaal verdrag en zou voor alle landen en alle bedrijven in die landen gelden. Het is belangrijk dat geen enkel bedrijf betrokken is bij vrouwenrechtenschendingen. Maar op dit moment zien we dat het vooral lastig is om internationaal opererende bedrijven/ multinationals verantwoordelijk te stellen voor vrouwenrechtenschendingen. Deze bedrijven zijn rijk en machtig. Daarnaast zorgen hun ingewikkelde bedrijfsstructuren en aanwezigheid in vele landen ervoor dat ze ongrijpbaar zijn. Daarom prioriteert ActionAid deze campagne voor internationale bindende regels voor multinationals, zodat vrouwen de macht en het gereedschap in handen krijgen om internationaal opererende bedrijven verantwoordelijk te stellen voor hun schendingen. Daar komt nog bij dat dit verdrag is opgezet door mensen in landen als Ecuador en Zuid Afrika.
Wij werken nauw samen met onze ActionAid collega’s in 46 landen, veel van welk weer nauw samenwerken met gemeenschappen en vrouwen die door grensoverschrijdend gedrag slachtoffer zijn geworden en nu voor hun rechten vechten. Wij horen van hen welke tools vrouwen missen tijdens hun gevecht en op welke manier wij vanuit Nederland kunnen bijdragen aan een positieve verandering maken. Hun gevecht, ons gevecht, daarom zetten wij ons in voor een grensoverschrijdend verdrag.
In de meeste landen ter wereld zijn wetgeving en milieuregelgeving waar bedrijven zich aan moeten houden. Maar overheden in sommige landen zijn vaak niet in staat om deze te handhaven, zeker wanneer het gaat om multinationals. Deze bedrijven zijn zo groot, rijk en ongrijpbaar dat overheden in arme landen en hun bevolking machteloos staan. Daarom is het belangrijk dat er op internationaal niveau regels middels het verdrag, komen waar deze bedrijven zich aan moeten houden. Op dit moment zijn er slechts vrijwillige richtlijnen en deze bieden onvoldoende motivatie voor bedrijven om écht hun best te doen om vrouwenrechtenschendingen te voorkomen. Vrouwen die hun rechten verdedigen tegenover deze bedrijven hebben dit verdrag nodig zodat zij het gereedschap in handen krijgen om deze bedrijven verantwoordelijk te houden.
Het verdrag ondersteunt deze vrouwen op verschillende manieren. Allereerst zullen de overheden die het VN bindend verdrag ondertekenen zorgen dat bedrijven negatieve gevolgen van hun bedrijfsactiviteiten voor vrouwen voorkomen en tegengaan. Het VN bindend verdrag ziet er op toe dat dit gebeurt. De hindernissen die vrouwen op dit moment ondervinden bij het aanspannen en winnen van rechtszaken tegen bedrijven zullen opgelost worden. Maar het belangrijkste is dat het VN bindend verdrag zal erkennen dat vrouwen op een ernstigere en of specifieke manier worden getroffen door bedrijfsschendingen. Ondanks dat dit bijna dagelijks gebeurt, zijn deze schendingen bijna onzichtbaar en komen bedrijven overal mee weg. Vrouwen verdedigen hun rechten maar het VN bindend verdrag zal ervoor zorgen dat de rest van de wereld ook voor hun rechten zal opkomen, dat er regels zijn waar deze bedrijven zich aan móeten houden en dat wanneer ze dit niet doen, er een eerlijk rechtssysteem is waar vrouwen hun recht kunnen behalen. Zie ook: het 10 stappenplan.
Dit verdrag zou het eerste bindende verdrag, dus geen vrijwillige afspraken, zijn, dat niet alleen bepalingen oplegt aan overheden, maar ook aan bedrijven. In deze zin is het al anders dan andere verdragen. Wat dit verdrag ook onderscheidt, is dat de verantwoordelijkheid niet alleen bij individuele landen ligt. Ten eerste zou er op internationaal niveau een toezichthouder komen die er op toeziet dat landen én bedrijven mensenrechten respecteren. Ten tweede is het natuurlijk zo dat verschillende factoren binnen een land bijdragen aan het feit dat bedrijven zich niet aan de regels houden. Ook corruptie en slecht bestuur spelen een rol. Maar het verdrag concentreert zich op bij wie de macht ligt om échte verandering te bewerkstelligen. Dit zijn vaak de grote, machtige bedrijven uit rijke landen. Het verdrag zorgt er ook voor dat niet alleen het ontvangende land, dus het land waar bedrijfsactiviteiten worden uitgevoerd, verantwoordelijk is voor het beschermen van haar burgers. Ook de landen waar de bedrijven vandaan komen, vaak rijke landen, hebben de verantwoordelijkheid om te zorgen dat mensenrechten beschermd worden. Deze verantwoordelijkheid stopt niet buiten de grens, zij moeten zorgen dat hun bedrijven (in alle verschillende vormen) zich ook in het buitenland netjes gedragen. Zo werkt iedereen samen binnen dit verdrag om te zorgen voor een economie die werkt voor vrouwen.
Natuurlijk is het belangrijk om deze zaken aan te pakken. ActionAid ondersteunt gemeenschappen wereldwijd om op te komen voor hun rechten, zodat zij hun overheden en bedrijven tot orde kunnen roepen. Maar het verdrag kijkt vooral bij wie de macht ligt om échte verandering te bewerkstelligen. Dit zijn toch vaak de grote, machtige bedrijven uit rijke landen. Het verdrag zorgt er ook voor dat niet alleen het ontvangende land verantwoordelijk is voor het beschermen van hun burgers, dus het land waar bedrijfsactiviteiten worden uitgevoerd. Ook de landen waar de bedrijven vandaan komen, vaak rijke landen, hebben de verantwoordelijkheid om te zorgen dat mensenrechten beschermd worden. Deze verantwoordelijkheid stopt niet buiten de grens, zij moeten zorgen dat hun bedrijven (in alle verschillende vormen) zich ook in het buitenland netjes gedragen. Zo werkt iedereen samen binnen dit verdrag om te zorgen voor een economie die werkt voor vrouwen.
Pagina aangepast op 16 mei 2019