Home - Actueel - Belastingontwijking - SPECIAL – Gaat Nederland dwarsliggen bij de G20 aanpak van belastingontwijking?

SPECIAL – Gaat Nederland dwarsliggen bij de G20 aanpak van belastingontwijking?

Vooral vrouwen in ontwikkelingslanden zijn de slachtoffers van de Paradise Papers en belastingontwijking

Een nieuw belastingtijdperk?

Op 8 en 9 juni 2019 kwamen de Ministers van Financiën van de G20 landen bijeen in het Japanse Fukuoka om te spreken over de toekomst van het internationale belastingstelsel. Ook de Nederlandse Minister van Financiën Wopke Hoekstra was uitgenodigd om hieraan deel te nemen. De Ministers van Financiën van de 20 grootste economieën ter wereld bespraken de opstelling van een potentieel baanbrekende agenda tegen belastingontwijking. Een belangrijke aanleiding voor deze ontmoeting is de afloop van het G20 mandaat van het OESO-BEPS programma in 2020. Dit BEPS programma, dat door de OESO is ontworpen en gelanceerd in 2015, bevat 15 actiepunten om belastingontwijking tegen te gaan en transparantie te vergroten.[1] Het doel van de bijeenkomst in Fukuoka was dan ook om een doorstart te geven aan dit project en te komen tot een consensus ten aanzien van nieuw beleid, het zogenoemde BEPS 2.0.

Wereldwijd minimum belastingtarief

Een belangrijk onderdeel van het BEPS 2.0 voorstel is het wereldwijde ‘minimum effectief tarief voor de winstbelasting’.[2] Dit wereldwijde minimum belastingtarief zou de schadelijke belastingconcurrentie tussen landen een halt toe moeten roepen. Ook zou het hiermee moeilijker worden voor multinationals om de winstbelasting te omzeilen door hun winsten in belastingparadijzen te parkeren. Immers, alle multinationals dienen effectief hetzelfde minimum belastingtarief te gaan betalen. Goed idee?

Race naar de bodem

De internationale strijd in het verlagen van de winstbelastingtarieven is al sinds de jaren ’80 gaande. Waar het gemiddelde winstbelastingtarief in 1980 wereldwijd rond de 40% schommelde is deze inmiddels gedaald naar gemiddeld 23%. Europa is koploper in deze strijd, met een gemiddeld winstbelastingtarief van ongeveer 18%.[3] Ondanks de sterke daling van de winstbelastingtarieven verschuiven multinationals nog steeds hun winsten naar landen waar weinig of geen winstbelasting hoeft te worden betaald. De econoom Gabriel Zucman berekende in 2018 dat ongeveer 40% van de winsten van multinationals wordt verschoven naar belastingparadijzen.[4] Dit is met name schadelijk voor ontwikkelingslanden, die sterk afhankelijk zijn van inkomsten uit de winstbelasting. Ongeveer 15% van de totale belastinginkomsten voor ontwikkelingslanden bestaat uit winstbelasting, tegen 9% voor rijke landen.[5]

De OESO berekende in 2015 dat arme landen tussen de 7,5 en 14% van de winstbelasting mislopen door belastingontwijking. Het IMF schatte in 2016 dat het totaal aan misgelopen belastinginkomsten voor arme landen jaarlijks 200 miljard dollar bedraagt.[6] Het is onbekend hoeveel geld ontwikkelingslanden mislopen door het beleid van Nederland. Ook het recente antwoord van de minister van Buitenlandse Zaken Kaag, op het verzoek van Tweede Kamerlid Karabulut (SP) om informatie over de specifieke rol die Nederland speelt in het mislopen van belastinginkomsten door ontwikkelingslanden, gaf hiervoor geen verduidelijking.[7]

Vrouwen worden het hardst geraakt

Door belastingontwijking lopen overheden in ontwikkelingslanden jaarlijks miljarden euro’s mis. Dit gaat ten koste van de publieke voorzieningen in deze landen, van stromend water tot onderwijs en gezondheidszorg. Dit zijn niet alleen voorzieningen die nodig zijn om in basisbehoeftes te voorzien, maar ook voorzieningen die nodig zijn om verdere sociale en economische ongelijkheid tegen te gaan. Het zijn met name kwetsbare groepen in deze landen, zoals vrouwen en kinderen, die deze publieke voorzieningen (van stromend water tot publiek onderwijs) hard nodig hebben om hun maatschappelijke positie te versterken.

Zie hiervoor ook het voorbeeld van Malawi in ons rapport An Extractive Affair. In dit rapport kwam naar voren dat Malawi zeker $43 miljoen aan belastinggeld misliep, doordat het in Malawi actief zijnde Australische mijnbouwbedrijf Paladin gebruik maakte van een brievenbusfirma in Nederland. Het zijn precies de kwetsbare groepen in ontwikkelingslanden die het hardst geraakt worden door gebrek aan inclusieve en volwaardige publieke voorzieningen. Wanneer er geen publiek gefinancierde ouderenzorg is nemen vrouwen vaak de zorg voor de oudere generatie op zich. Als kinderdagopvang niet publiekelijk wordt ondersteund is het vaak de moeder die met de kinderen thuisblijft. Een bijkomend gevolg van het teruglopen van inkomsten door winstbelasting is de verhoging van andere type belastingen, zoals de belasting op consumptie.[8] Mensen in armoede zijn genoodzaakt het grootste deel van hun (al beperkte) budget aan basisbehoeften uit te geven en worden door deze belastingverhogingen verhoudingsgewijs dan ook het hardst geraakt.

De rol van Nederland

Nederland speelt een grote rol in de international belastingontwijking constructies van multinationals. Belangrijk hierin zijn bijvoorbeeld het uitgebreide netwerk van gunstige belastingverdragen, waardoor multinationals op hun internationale rente, royalty en dividendtransacties vaak geen belasting hoeven te betalen. Nederland erkende de schadelijke gevolgen hiervan voor ontwikkelingslanden en beloofde in 2013 beterschap. Uit recent onderzoek van ons blijkt dat hier niet veel van terecht is gekomen. Sterker nog, Bangladesh, de Filipijnen, Oeganda en Zambia lopen gezamenlijk jaarlijks nog altijd 120 miljoen dollar aan belastinginkomsten mis door hun belastingverdrag met Nederland.

Conditionele bronbelasting op rente en royalties

Een ander kenmerk van Nederland doorsluisland zijn de zeer beperkte voorwaarden die het stelt aan bedrijven die gebruikt worden door multinationals om aan belastingontwijking te doen. Nederland heeft op dit moment ongeveer 15.000 van dit soort zogenoemde brievenbusfirma’s, die samen €4500 miljard euro aan kapitaal beheren.[9] Nederland neemt dan ook internationaal gezien de koppositie in wat betreft in- en uitgaande investeringen van en naar het buitenland, zelfs meer dan de Verenigde Staten![10] Hier is zowel internationaal als nationaal veel kritiek op.

Nederland heeft als reactie hierop besloten per 2021 een zogenaamde ‘conditionele bronbelasting’ in te voeren op rente en royaltystromen in groepsverband. Deze conditionele bronbelasting zal helaas alleen gaan gelden voor transacties naar laag-belastende jurisdicties. Hiermee wordt dan ook maar 10% van het totale probleem rond brievenbusfirma’s aangepakt. Dit werd ook door het CPB benoemd, die stelde dat de invoering van de bronbelasting niet voldoende zal zijn om de doorstroom door Nederland te stoppen.[11] Toch klopt staatssecretaris van Financiën Snel zich op de borst met de geplande invoering van de conditionele bronbelasting en ziet hij het als een van de speerpunten van zijn regering in de aanpak van belastingontwijking.

Het alternatief van Snel

Het enthousiasme van Snel over de conditionele bronbelasting is zelfs zo groot dat hij deze internationaal gezien wil gaan promoten als ‘alternatief’ voor het BEPS 2.0 programma van een wereldwijd minimum effectief winstbelastingtarief. Snel is namelijk geen groot voorstander van een wereldwijd minimum effectief winstbelasting tarief want, zo meldde hij in het Tweede Kamer debat van 13 juni jl., ‘hij ziet daar allerlei problemen bij’.[12] Snel ziet daarom liever dat de internationale gemeenschap de Nederlandse conditionele bronbelasting verkiest.

De internationale rol van Nederland

Nederland heeft jarenlang belastingontwijking door multinationals mogelijk gemaakt. Onder zowel internationale als nationale druk is het tij langzaam aan het keren. Op internationaal niveau wordt er binnen het BEPS 2.0 gewerkt aan een drastische hervorming van het internationale belastingsyssteem. Dit is hard nodig. Een wereldwijde minimum effectief winstbelastingtarief is een belangrijke stap in de goede richting. Het is dan ook beschamend dat Nederland zich hier niet volledig voor inzet, en zelfs haar eigen halfbakken maatregel internationaal als ‘actionable’ alternatief promoot. Wanneer Nederland echt van haar status als belastingparadijs af wil dient het onverkort het BEPS 2.0 voorstel ten aanzien van een minimum effectief winstbelastingtarief te ondersteunen.

 

[1] OECD (2019). International collaboration to end tax avoidance. URL: https://www.oecd.org/tax/beps/

[2] OECD (2019). Programme of Work to Develop a Consensus Solution to the Tax Challenges Arising from the Digitalisation of the Economy. URL: https://www.oecd.org/tax/beps/programme-of-work-to-develop-a-consensus-solution-to-the-tax-challenges-arising-from-the-digitalisation-of-the-economy.pdf

[3] Tax Foundation (2018). Corporate Tax Rates Around the World, 2018. URL: https://taxfoundation.org/corporate-tax-rates-around-world-2018/.

[4] Thomas R. Tørsløv, Ludvig S. Wier, and Gabriel Zucman (2018). The Missing Profits of Nations. URL: https://papers.ssrn.com/sol3/papers.cfm?abstract_id=3194743

[5] OECD (2019). Corporate tax remains a key revenue source, despite falling rates worldwide. URL: https://www.oecd.org/tax/corporate-tax-remains-a-key-revenue-source-despite-falling-rates-worldwide.htm.

[6] Janský (2018). European Parliament, TAX3 Committee: Hearing on Evaluation of Tax Gap.

[7] Ministerie van Buitenlandse Zaken (2019). Verzoek om actualisering ramingen van misgelopen overheidsinkomsten door ontwikkelingslanden tijdens behandeling begroting BHOS 2019.

[8] De verlagingen van de Nederlandse winstbelasting heeft bijvoorbeeld bijna gelijktijd geresulteerd in een verhoging van de BTW.

[9] Rijksoverheid (2019). Kabinet pakt 22 miljard euro belastingontwijking aan met bronbelasting. URL: https://www.rijksoverheid.nl/actueel/nieuws/2018/11/06/kabinet-pakt-22-miljard-euro-belastingontwijking-aan-met-bronbelasting

[10] IMF (2019). Coordinated Direct Investment Statistics. URL: http://data.imf.org/?sk=40313609-F037-48C1-84B1-E1F1CE54D6D5&sId=1482331048410

[11] Centraal Plan Bureau (2019). Doorsluisland NL doorgelicht. URL: https://www.cpb.nl/doorsluisland-nl-doorgelicht

[12] Tweede Kamer (2019). Plenair verslag 93e vergadering 13 juni 2019. URL: https://www.tweedekamer.nl/kamerstukken/plenaire_verslagen/detail/0d4fc62b-f486-4a08-a254-b70f860fd1e7

 

Caroline Muchanga woont in Mazabuka, Zambia. Zij heeft drie kinderen en verdient haar geld met een klein marktkraampje, waar zij onder andere producten van multinational Zambia Sugar verkoopt. Op de foto laat ze het bonnetje zien van de belasting die zij voor haar kraampje betaalt.

Zambia Sugar is een van de grootste suikerproducenten in het land en heeft haar hoofdkantoor in Mazabuka. Caroline omschrijft haar situatie: “De belasting die we betalen is te hoog, we maken maar weinig winst.” Caroline werkt 7 dagen per week, bijna 15 uur per dag. “Ons inkomen is nooit genoeg”, zegt zij, omdat ze 30.000 Zambiaanse kwacha belasting betaalt en daarnaast de huur van het kraampje, haar huis en voedsel moet betalen. Caroline betaalt ongeveer 4.6% belasting, terwijl Zambia Sugar tussen 2008 en 2010 0% belasting heeft betaald. De regering van Zambia verliest miljoenen door mazen in de belastingregels. Geld dat hard nodig is om gezondheidszorg en onderwijs te verbeteren.