Home - Actueel - Ongelijkheid - De straffeloosheid van bedrijven is een feministische kwestie

De straffeloosheid van bedrijven is een feministische kwestie

De aanhoudende gezondheidscrisis en de wereldwijde klimaatramp maken pijnlijk duidelijk dat bedrijven zelfs in tijden van crisis winst boven het welzijn van mensen stellen. Het winstbejag en de politieke invloed van een aantal farmaceutische bedrijven hebben ertoe geleid dat een groot deel van de wereldbevolking nog steeds geen toegang heeft tot COVID-19 vaccins. Onderzoek leert ook dat slechts 20 fossiele brandstof bedrijven verantwoordelijk zijn voor een derde van alle CO2-uitstoot. Bedrijven zijn op grote schaal verantwoordelijk zijn voor ernstige mensenrechtenschendingen en milieuschade in hun productieketens.

Salma (pseudonym)
Salma (pseudonym) uit Bangladesh werkt al 15 jaar in de kledingindustrie en heeft verschrikkelijke incidenten van seksueel geweld ervaren op de werkvloer, inclusief een poging tot verkrachting. (c) Fabeha Monir/ActionAid

Een aantal modemerken lieten bijvoorbeeld werknemers in productielanden aan hun lot over toen zij aan het begin van de COVID-19 pandemie hun bestellingen annuleerden. Een humanitaire crisis volgde voor een miljoen textielarbeiders, de meesten van hen vrouw. En niet alleen vrouwelijke textielarbeiders worden hard geraakt door dit soort schendingen. In alle sectoren zijn de effecten van de pandemie verstrekkend en verwoestend geweest, waarbij vrouwen disproportioneel worden geraakt. Gender-sensitief toegang tot recht en herstel is daarom noodzakelijk, maar door gebrek aan bindende regelgeving worden bedrijven zelden voor de rechter gebracht.

Dat is een van de belangrijkste drijfveren van de Feminists for a Binding Treaty coalitie waar ActionAid deel van uitmaakt. Een feministische collectief dat zich inzet voor internationaal bindende afspraken in het kader van het VN-Verdrag ‘mensenrechten en bedrijfsleven’.

Deze week, van 25 tot 29 oktober, komen overheden voor de zevende keer bijeen bij de VN in Genève om te onderhandelen over dit ​​juridisch bindende mensenrechteninstrument. De meest recente conceptversie van het VN-verdrag ‘mensenrechten en bedrijfsleven’ bevat bepalingen betreft gerechtigheid voor slachtoffers, toegang tot herstel, verplichte mensenrechten due diligence voor bedrijven en de aansprakelijkheid van bedrijven voor mensenrechtenschendingen.

Schendingen door bedrijven hebben een gender-responsieve aanpak nodig

Elk mensenrechtenverdrag schiet echter tekort wanneer er geen rekening worden gehouden met de gedifferentieerde impact van schendingen op verschillende individuen en groepen. Feministische analyse leert dat de macht van bedrijven verre van neutraal is, en juist verweven is met het heersende patriarchaat, kapitalisme, racisme, en structurele discriminatie. De meest gemarginaliseerde individuen en groepen in de samenleving worden hier het hards door worden geraakt.

Uit onderzoek naar palmolie uit Guatemala gelinkt aan de Nederlandse markt blijkt bijvoorbeeld dat de expansie van palmolieplantages disproportionele impact heeft op vrouwen uit de omgeving. Het kappen van bossen, landroof en vervuiling van natuurlijke hulpbronnen leiden tot een enorme toename in de huishoudelijke taken van vrouwen en gezondheidsproblemen binnen hun gezinnen. Vrouwen die zich verzetten tegen de palmoliebedrijven krijgen te maken met (seksueel) geweld, stigmatisering en criminalisering.

Dergelijke genderspecifieke mensenrechtenschendingen zijn helaas typerend voor wereldwijde toeleveringsketens in vele sectoren en landen. Het moge duidelijk zijn: de aanpak van de straffeloosheid van bedrijven is een feministische kwestie. Maar zelf in landen, zoals Frankrijk, waar al wetgeving bestaat voor bedrijven worden, door het ontbreken een genderlens, vrouwenrechtenschendingen in ketens onvoldoende aangepakt. Daarom is een genderlens in het VN-verdrag ‘mensenrechten en bedrijfsleven’ noodzakelijk.

Tijd voor een gender-responsief en ambitieus VN-verdrag

De Feminists for a Binding Treaty coalitie roept op tot een ambitieus en feministisch VN-Verdrag ‘mensenrechten en bedrijfsleven’. Het aanscherpen van de normen voor de aansprakelijkheid van bedrijven is essentieel om de genderspecifieke impact van schendingen doeltreffend aan te pakken. Het verdrag moet op zijn minst voorzien in: 1) een gender-responsieve due diligence verplichting voor bedrijven; 2) gender-transformatieve herstelmaatregelen, en; 3) specifieke bescherming voor vrouwelijke mensenrechtenverdedigers.

Dit verdrag is dé kans om wereldwijd de aansprakelijkheid van bedrijven voor schendingen en toegang tot recht voor hen die getroffen worden door deze schendingen te bewerkstelligen. Dit jaar treden de deelnemende voor het eerst in onderhandelingsmodus over het ontwerpverdrag. Het is nú tijd  dat VN-lidstaten op actieve en constructieve wijze deelnemen aan de onderhandelingen. Echter schittert de Europese Unie wederom door afwezigheid.

ActionAid’s aanbevelingen voor de Nederlandse overheid:

  • Spreek samen met gelijkgestemde EU-lidstaten steun uit voor het onderhandelingsproces voor een VN-verdrag ‘mensenrechten en bedrijfsleven’ in het kader van resolutie 26/9.
  • Dring in EU-verband aan op: 1) een juridische analyse van het ontwerpverdrag; 2) het formuleren van een gezamenlijke inhoudelijke positie, en; 3) de totstandkoming van een EU-onderhandelingsmandaat.
  • Integreer genderanalyse in de eigen positiebepaling betreft het VN-verdrag ‘mensenrechten en bedrijfsleven’ en pleit in EU-verband voor bijgevoegde genderspecifieke aanbevelingen.

Lees onze concrete en tekstuele aanbevelingen op de derde conceptversie van het VN-verdrag ‘mensenrechten en bedrijfsleven’ hier.

Feminists for a Binding Treaty is een coalitie van meer dan 30 mensenrechtenorganisaties. De coalitie vertegenwoordigt een wereldwijd en divers netwerk gebaseerd op de ervaringen van vrouwen, gender expertise en gedeelde analyse. Volg #Feminists4BindingTreaty voor updates over het VN-verdrag ‘mensenrechten en bedrijfsleven’.

Lees de hele Engelstalige blog van Feminists for a Binding Treaty hier.